Hoofdinhoud

Ex-gevangene Henk*: ‘Langzamerhand begon ik meer te praten’ 

Zondag 30 november wordt de Bajesagenda 2026 gepresenteerd. Dat gebeurt in een kerkdienst in de Penitentiaire Inrichting Nieuwegein. In deze agenda-voor-gevangenen staan drie levensverhalen. Een daarvan is van Henk*. Ik zocht hem op toen hij gevangen zat; inmiddels is hij vrij. Dit is zijn verhaal.

“Ik was acht jaar, toen ik kwam te wonen in Beijum, destijds een criminele wijk in Groningen. Daar woonde ik tot m’n 17e. Mijn zus werkte in een supermarkt. Omdat de wijk onveilig was, liep ik met haar mee als ze moest werken. Eens zagen we van dichtbij dat een man neergeschoten werd. We schrokken ons kapot en liepen zo snel mogelijk door. Als je in zo’n wijk opgroeit, word je hard. 

Mijn vader was niet-gelovig, mijn moeder protestants en van Molukse afkomst. We woonden in een Molukse wijk. In de kerk, op de zondagsschool en bij oma hoorden we de Bijbelverhalen. Ik zat op het kinderkoor en ik genoot van Molukse muziek. Mijn grootste droom was voetballer worden. Voetbal was mijn uitlaatklep, maar door een ongeluk met mijn knie viel mijn droom in duigen. In diezelfde tijd ging het op school ook niet goed met me. Ik zat op de MAVO en had een racistische mentor. Tegen getinte kinderen maakte hij opmerkingen als: ‘Zo’n grote bek moet je in je eigen land geven, dan schieten ze door je kop’. Bij oudergesprekken negeerde hij mijn moeder. En hij gaf getinte kinderen een lager schooladvies. Ik moest naar een andere school en verloor daardoor mijn motivatie. Ik kwam van school zonder diploma en leerde in de praktijk wat bij. Uiteindelijk werd ik machine-operator bij een glasvezelbedrijf. 

De winter van 2015 was voor mij een ramp. Eerst kreeg mijn vader te horen dat hij kanker had. Daarna overleed mijn dochtertje van pas vier maanden, heel plotseling. Hartstilstand. Kort daarna overleed ook mijn vader. Hij was mijn vriend, ik kon overal met hem over praten. Ik woonde samen met mijn vriendin, we hadden toen drie kinderen. Maar ik ben een binnenvetter, dus ik sloeg dicht toen ik die twee harde klappen te verwerken kreeg. Ik was ook boos  op God. ‘Als je er echt bent, God, hoe kun je me dan mijn vader en mijn dochtertje afnemen die me zo lief zijn?’ dacht ik. Ik werd somber en vond alles zinloos. Toen een neef me uitnodigde om lid te worden van een motorclub, deed ik dat. Binnen een halfjaar was ik daar treasurer, penningmeester. Maar intussen was ik vanbinnen een tijdbom. 

Aan een van de clubleden had ik geld uitgeleend. Daar kregen we gedoe over, begin 2016. Ik werd zo woest, dat ik hem het ziekenhuis in sloeg. Ik ging totaal door het lint en werd opgepakt. Mijn vriendin was teleurgesteld, want ik was niet open geweest. Ik had haar van me afgeduwd en gezegd: ‘Jij kunt me niet helpen, je begrijpt niet hoe ik me voel, laat me maar.’ 

Na een half jaar kwam ik voorwaardelijk vrij. Ik nam afscheid van de motorclub en begon samen met mijn vriendin een eigen bedrijf. Wel liep de spanning soms hoog op, want ik bleef een binnenvetter. Toen viel er, in oktober 2023, een arrestatiebevel op mijn deurmat. Het had te maken met die mishandeling uit 2016. Ik werd beschuldigd van betrokkenheid bij een criminele organisatie, de motorclub waar ik lid van geweest was. Ik meldde me bij de politie en werd gevangengezet in Lelystad. Ik kreeg vijf jaar en ik wist: ik moet op de blaren zitten. 

Een maand later volgde nóg een klap. Ik kon niet meer normaal zitten en ging naar de dokter. Lang verhaal kort: ik bleek teelbalkanker te hebben en werd met spoed geopereerd. Op weg naar het ziekenhuis, in het busje, huilde ik. Ik dacht dat het afgelopen was met me en was bezorgd voor mijn gezin. Na de operatie werd ik overgeplaatst naar Veenhuizen, naar een afdeling voor vaders. Mijn familie en vrienden maakten zich grote zorgen over me. Ook de bewaking was bezorgd en vroeg pastor Jan om mij te bezoeken. Met hem had ik zo’n goede klik, dat ik langzamerhand steeds meer begon te praten over wat er in me omging. Ook ging ik de kerkdiensten bezoeken. En nu zie ik daar altijd enorm naar uit. Wát een energie en een inspiratie geeft dat! Mijn Bijbel is belangrijk voor me geworden; ik lees er regelmatig in. Hebreeën 12:1 in de versie van Het Boek is een van mijn favoriete teksten.  

Mijn geloof in God heeft me op de been gehouden. Ik ben altijd blijven bidden. Alles – ook ziek worden – gebeurt met een reden, denk ik. ‘Ga niet bij de pakken neerzitten’, zei ik tegen mezelf. ‘Blijf in God en in jezelf geloven Gerrie.’ Mijn motto is: ‘Doe je best. God doet de rest’. 

Ik doe mee aan het project Puinruimen. Dat helpt mij om het verlies van mijn vader en dochter te verwerken, en om te zien wat het effect was van mijn daden op anderen. Ik zie nu ook weer de positieve kanten van het leven. Wat ik van plan ben na mijn vrijlating? Op het rechte pad blijven. Iets doen met jongeren om hen op weg helpen. En trouwen met mijn vriendin, op 27-7-2027. Dat wordt prachtig.”  

*Henk is niet zijn echte naam.  

Interview en tekst: Peter Siebe 

Foto onder: Peter in gesprek met Henk. 

Impactverhaal

Was dit interessant of nuttig? Deel dit bericht met je netwerk!