Hoofdinhoud

Hoofdkrijgsmachtpredikant Gert van der Ende: ‘De Bijbel geeft militairen houvast en taal bij wat ze meemaken’  

‘Een krijgsmachtpredikant biedt nuldelijnszorg’, zegt Gert van der Ende. 22 jaar geleden stapte hij voor het eerst aan boord van een marineschip. Nu is hij eindverantwoordelijk voor alle 45 protestantse krijgsmachtpredikanten. Wat betekent hun werk voor militairen? En waarom zijn de Bijbels voor militairen vaak zo snel op?

Krijgsmachtpredikanten worden uitgezonden door een kerkgenootschap, vertelt Van der Ende. ‘Het werk houdt in: present zijn. Rondlopen op kazernes en meegaan met oefeningen en uitzendingen. We doen zogezegd aan “nuldelijnszorg”. De dokter of de maatschappelijk werker biedt eerstelijnszorg, op afspraak. Maar wij lopen gewoon rond op de kazerne, aan boord van een schip of op een vliegveld. We zien de militairen aan het werk en maken een praatje over wat ze aan het doen zijn. Zo proberen we dichtbij te komen en aan vertrouwen te werken. Zodat ze, als ze ergens over willen praten, ons weten te vinden.’ 

Ontstaan hier echte contacten uit?  

‘Zeker. Hoeveel dat zijn hangt af van je werkplek. Ik heb collega’s die jonge militairen opleiden. Die jongens en meiden van pakweg 17 tot 20 jaar zijn volop in ontwikkeling en hebben veel vragen. Als het lukt om met hen een goede band op te bouwen, weten ze je daarna beslist te vinden. 

Werken bij de krijgsmacht is heel anders dan in een kerkelijke gemeente. Daar ben je als dominee de spin in het web. Bij de krijgsmacht sta je aan de zijlijn. Daar ligt ook onze kracht. Wij zijn de nuldelijn. Wij zijn de enigen bij Defensie met wie je in alle openheid en vertrouwen kunt praten zonder dat het ook maar ergens anders terecht komt.’ 

Sinds hoe lang bestaat de dienst geestelijke verzorging? 

‘Sinds de mobilisatie van 1914. Toen vond Koningin Wilhelmina dat veldpredikers (dominees) en veldaalmoezeniers (priesters) de militairen bij moesten staan. Later kwamen er ook humanistische raadslieden en joodse, boeddhistische, islamitische en hindoeïstische geestelijke verzorgers. Ik geef leiding aan predikanten uit tien kerken, zoals de Protestantse Kerk, de Nederlandse Gereformeerde Kerken, Christelijke Gereformeerde Kerken, evangelische kerken, remonstranten en de Oud-Katholieke Kerk. Zij werken harmonieus samen ondanks theologische verschillen. Want de zorg voor de militairen staat centraal.’ 

Wat merken krijgsmachtpredikanten van de generatieverschillen bij militairen?  

‘Jongeren moeten hun weg nog vinden, ouderen zijn wat stabieler. Bij hen spelen andere thema’s, zoals lang van huis zijn, terwijl je een gezin hebt waar soms ook lastige dingen aan de orde zijn.’ 

Het is oorlog in Oekraïne. Wat doet dat met militairen op uitzending? 

‘Om een voorbeeld te geven: op 24 februari 2022 rolden de Russische tanks Oekraïne binnen. De luchtmobiele brigade in Assen had zich voorbereid op oefening in Duitsland. Maar het werd Roemenië, dicht bij de Oekraïense grens. Dat gaf spanning – maar de militairen dachten: hiervoor zijn we militair geworden, hiervoor zijn we opgeleid. Bij hun thuisfront leefden heel andere spanningen: wat is het dreigingsniveau? Welke risico’s lopen mijn man, mijn zoon, mijn vriend, mijn dochter?’ 

Welke rol speelt de Bijbel in het werk van een krijgsmachtpredikant? 

‘Die rol is heel anders dan bij een gemeentepredikant. Ik ben ruim 8 jaar gemeentepredikant geweest. Toen had ik bijna altijd een Bijbel op zak, voor huisbezoeken, catechese, Bijbelkring, de voorbereiding op de zondagse dienst. Bij Defensie werken veel mensen die niet-kerkelijk zijn, maar toch een gesprek willen met de geestelijk verzorger. Wij zijn de nuldelijn en we hebben geheimhouding. Dus denken ze: “Als ik even wil spuien, dan kan ik bij hem of haar terecht.” In zulke gesprekken ligt de Bijbel niet meteen op tafel. Als predikant leef je zelf wél met de Bijbel en weet je hoe je de Bijbel ter sprake kunt brengen in gesprekken – ook in contacten met niet-gelovige militairen.’ 

Het NBG stelt Bijbels beschikbaar. Is daar vraag naar? 

‘De collega die betrokken is bij de opleiding van jonge militairen, vertelde me dat er veel vraag naar is. En op ons hoofdkantoor krijgen we regelmatig de vraag: “Heb je nog een doosje Krijgsmachtbijbels; ik ben er alweer doorheen.” En jonge militairen die in hun Bijbeltje gaan lezen, komen weleens terug om erover door te praten.’ 

Nemen militairen hun Krijgsmachtbijbel mee op uitzending? 

‘Jazeker. Daarom vind ik het mooi dat die Bijbel een “dwarsligger” is. Die past goed in de liboza, de linkerbovenzak. Dus die gaat mee. De collega die op uitzending gaat, neemt altijd zo’n stapeltje dwarsliggers mee. Ze liggen voor het grijpen bij een kerkdienst, op het veld of aan boord. Wie wil, mag er een meenemen. Zo vindt de Bijbel zijn weg.’ 

Zijn er bepaalde thema’s of Bijbelteksten die regelmatig aan de orde komen? 

‘Dat is heel verschillend. De meditaties tijdens de bijeenkomsten zitten altijd dicht op de ervaring van de militairen. We brengen hun ervaring en het Bijbelverhaal bij elkaar. We bespreken niet alleen Bijbelverhalen over oorlog of vrede. Bijvoorbeeld, een collega in Irak die binnenkort wordt afgelost, bracht een Bijbelgedeelte in over afscheid nemen, Handelingen 1:8–11 over Jezus’ hemelvaart. Haar thema was ‘…en door!’ De leerlingen keken naar de hemel, maar de engel zei hen vooruit te kijken, niet stil te blijven staan.’  

Zou je kunnen zeggen: ‘Een Krijgsmachtbijbel biedt militairen houvast in onzekere tijden’? 

‘Ja, dat klopt wel. We leven in een tijd waarin we allerlei verhalen horen die ons kunnen verwarren. Dan geeft het grote verhaal van de Bijbel, dat al zo lang meegaat, structuur en houvast. Ikzelf hield in de Veertigdagentijd een overdenking over de verheerlijking op de berg, Lucas 9. Jezus ging daar in gesprek met Mozes en Elia. Ik vroeg me af waar ze het dan over hadden: misschien sprak Jezus met Mozes over de 10 geboden en met Elia over de strijd voor gerechtigheid. Daarna daalde Hij de berg weer af –  zoals ook wij naar de rauwe werkelijkheid van alledag afdalen. En daar trof Jezus een vader die hem smeekte om zijn zoon te genezen. Dát is wat de Bijbel biedt: houvast, taal voor wat we meemaken, perspectief. Dat helpt als we in het leven van alledag stappen.’ 

Uit onderzoeken blijkt dat de jongere generatie meer openstaat voor het christelijk geloof dan de oudere. Ziet u dat ook? 

‘Zeker. Toen ik 22 jaar geleden binnenkwam bij Defensie, hoorde ik dat het moeilijk was om bij de militairen binnen te komen. Die generatie had afscheid genomen van de kerk. Nu groeit er een generatie op die de ballast niet heeft en meer openheid heeft.’ 

Zijn er Bijbelteksten die veel betekenen voor militairen?  

‘Toen ik zelf meeging op missie, begon ik de bijeenkomsten vaak met Genesis 1. Het begin van de Bijbel koppelde ik dan aan het begin van de missie. Ook Zacharia 4:6, de tekst die op de Krijgsmachtbijbel staat, komt vaak aan bod: ‘Niet door kracht of geweld, maar door mijn Geest.’ Dat is ook het motto van de protestantse geestelijke verzorging. Die tekst schuurt, want Defensie bereidt zich juist voor op het uitoefenen van geweld. Zo’n schurende tekst is mooi, hij daagt uit tot nadenken. Wat betekent die Bijbelse boodschap van vrede en genade, in dit bedrijf waar geschoten wordt? Hoe rijm je dat met elkaar? Hoe beargumenteer je dat, ook voor jezelf als krijgsmachtpredikant? Ook wij houden niet van geweld. Helaas leven we in een wereld waarin demonisch geweld plaatsvindt. Zelf denk ik dat je je daartegen mag verdedigen. Dat je zelfs de plicht hebt om mensen te beschermen. Daar geeft de Bijbel goede argumenten voor, zoals de bescherming van weduwen en wezen. Kwetsbare mensen verdedig je. Die laat je niet verpletteren door geweld.’ 

Interview: Eric van Leeuwen. Tekst: Peter Siebe 

Fotobijschrift: Gert van der Ende kreeg in juni een nieuwe Scheepsbijbel aangeboden door NBG-directeur Rieuwerd Buitenwerf. Elk marineschip heeft een eigen Scheepsbijbel. 

Lees ook: https://www.bijbelgenootschap.nl/nieuws/nbg-schenkt-legerpredikanten-dienstbijbel/  

Interviews

Was dit interessant of nuttig? Deel dit bericht met je netwerk!